Hoe moet ik mijn kamerplanten water geven?

In hun tropische bossen profiteren monstera deliciosa en strelitzia reginae van stortbuien om voedingsstoffen op te nemen. In de woestijn vullen cactussen en vetplanten hun bladeren en wortels met water bij de minste regenbui. Maar hoe zit het in onze huizen? Ontdek het beste water voor je kamerplanten, ons advies en de fouten die je moet vermijden.

De eerste tip om te voorkomen dat je kamerplanten doodgaan als je ze water geeft , is om altijd lauw water te gebruiken. Net als wij zijn planten gevoelig voor extreme temperaturen. Hitte en kou beschadigen hun wortels en vertragen hun groei.

Om er zeker van te zijn dat het water op kamertemperatuur is, laat je je volle gieter een uur of twee in de kamer staan waar je potten staan.

Als je de Monstera applicatie hebt gedownload, zul je gemerkt hebben dat we altijd adviseren om je planten water te geven met regenwater. Regenwater bevat de micro-organismen en voedingsstoffen die nodig zijn voor gezonde planten.

Bovendien, hoewel regenwater vervuild is en ongeschikt voor menselijke consumptie, bevat het geen elementen die giftig zijn voor planten (tenzij je naast de kerncentrale van Springfield woont).

En regenwater is gratis. Om het hele jaar door te kunnen gebruiken, moet je je oogst in flessen bewaren.

Als je een tuin hebt, kun je met een wateropvangsysteem in combinatie met een dakgoot genoeg water opvangen om je hele jungle te besproeien. In een flat is het ingewikkelder. Maar er zijn trucjes die je kunt gebruiken om water bij te vullen. Je kunt containers, een zeil of regenkettingen installeren om water op te vangen op je balkon en vensterbank.

Regenwater is perfect om water te geven, maar ook om te nevelen. Als je de gewoonte hebt om de bladeren van je planten te besproeien om de luchtvochtigheid te verhogen, kun je hetzelfde doen met water uit de lucht.

Maar het kan moeilijk zijn om iedereen water te geven met regenwater als het al weken geen druppel heeft geregend.

Als je droog staat, gebruik dan leidingwater. Leidingwater is makkelijk verkrijgbaar en niet duur en is een alternatief voor regenwater, mits je een paar voorzorgsmaatregelen neemt.

Eerste tip: geef vleesetende planten (een van de 10 moeilijk te verzorgen planten die je niet in ieders handen moet geven) nooit water met leidingwater. Deze aanbeveling geldt ook voor andere calcifobe soorten, d.w.z. Soorten die niet in kalkrijke grond groeien, zoals varens en zuurminnende planten.

Het grootste nadeel van leidingwater is de samenstelling ervan. Het levert een aantal voedingsstoffen die essentieel zijn voor de groei van planten, zoals calcium, magnesium, fosfor en ijzer. Maar chloor en kalk zijn vaak aanwezig in hoeveelheden die te hoog zijn voor potplanten. Te veel minerale zouten worden niet opgenomen en verstoren de goede sapcirculatie, de ontwikkeling van bladeren en het verschijnen van bloemen.

Maar het is beter om je planten water te geven met kraanwater dan ze te zien sterven van de dorst! Als je deze oplossing gebruikt, laat het water dan een dag staan voordat je het gebruikt. Dit geeft het chloor de tijd om te verdampen. Je kunt het water ook filteren. Vermijd echter het gebruik van onthard water, dat te veel natrium bevat.

Als leidingwater goed werkt voor besproeiing, vergeet het dan om het te gebruiken voor verneveling. Het laat witte vlekken achter op het gebladerte.

Als je water te hard of te chloorhoudend is, kom je misschien in de verleiding om te investeren in flessenwater.

Natuurlijk bronwater bevat de mineralen (sulfaten, calcium, kalium en natrium) die essentieel zijn voor planten. De samenstelling is vergelijkbaar met die van kraanwater, maar het bevat geen chemicaliën of conserveringsmiddelen (zoals chloor). Als je een groot tuinbudget hebt en het water in je omgeving te hard of te chloorhoudend is, is bronwater een alternatief voor regenwater.

Zoals de naam al doet vermoeden, is mineraalwater rijk aan mineralen, vooral natrium, calcium en magnesium. Hun concentratie is te hoog voor onze kamerplanten. We raden af om water te geven met mineraalwater. Het vertraagt de groei van je planten en kan er op den duur voor zorgen dat ze afsterven.

Gedemineraliseerd en gedestilleerdwater bevatten geen mineralen. Ze bevochtigen het substraat, maar voeden de plant niet. Ze zijn daarom ongeschikt voor de meeste soorten. Het wordt echter aanbevolen voor soorten die, zoals vleesetende planten, hun voedingsstoffen niet uit de grond halen, en voor verneveling.

Het web staat vol met tips over hoe je de groei van planten kunt verbeteren door water te geven met van alles en nog wat.

Het eerste dat je moet onthouden is dat planten in hun natuurlijke omgeving alleen water consumeren. Geen frisdrank en nog minder alcohol. Hoewel je Pothos er niet dood aan gaat als je de bodem van je glas sprankelend water in zijn pot giet, moet je er geen gewoonte van maken. Net als mineraalwater is spuitwater te rijk voor onze groene planten.

Prijst je collega de deugden van water geven met thee? Laat je verzorgster haar pompoenen thuis groeien door ze water te geven met melk? Zweert je astroloog bij koffiedik? Misschien wel. Het lijkt erop dat de eerste de bladgroei stimuleert en dat de andere twee antiseptisch zijn. Maar thee, koffie en melk bevatten ook stoffen die schadelijk zijn voor planten. En tenzij je weet wat de pH van de grond is en welke grondsoort het meest geschikt is voor elke variëteit, moet je het niet doen. Tot slot, hoewel deze technieken goed werken in de tuin of moestuin, mogen ze niet worden gebruikt in potten. Overtollige voedingsstoffen en ongewenste elementen kunnen niet uit het substraat worden verwijderd.